Horen en zien

 

Start
Omhoog

Ontwikkeling van het innerlijk horen en improvisatie

© Door Michiel Koperdraat (2001)
.

Spelen met je ogen dicht

Veel mensen zeggen "improviseren kan ik niet" of "ik kan nu niet spelen, want ik heb geen muziek bij me". Deze uitspraken tonen een afhankelijkheid van bladmuziek en een gebrek aan zelfvertrouwen. Heel veel (amateur-) musici hebben hier last van. Dit is - naast andere factoren - terug te voeren op een belangrijk punt: de ontwikkeling van het horen.

Aan het belangrijkste zintuig voor muziek, het horen, wordt in het muziekonderwijs in de regel veel te weinig aandacht besteed. En aan het innerlijk horen, het horen van ongemanifesteerd geluid, gaat men meestal geheel voorbij. Hierdoor kan er van een echte muzikale ontwikkeling bij veel (amateur-) musici eigenlijk geen sprake zijn.


Bij samenspel kunnen veel muzikanten al nauwelijks naar zichzelf luisteren, laat staan naar anderen. Er is weinig reflectie op het eigen spel, waardoor men bijvoorbeeld schrikt bij het horen van een opname. Dan hoor je namelijk opeens wat je tijdens de uitvoering niet hoorde. Onder de verzuchting "het wordt nooit wat" ontstaat dan soms de opwelling het bijltje er maar bij neer te gooien. Redenen genoeg om eindelijk aan te vangen met horen. Musiceren begint eigenlijk pas op het moment dat je in wezen je ogen dicht doet.

De menselijke geest is door haar aard niet goed in staat de aandacht op meerdere dingen tegelijk te richten. Aandacht is zogenaamd éénpuntig, vergelijkbaar met de lichtstraal uit een spot. Ook handige mensen zullen met het één op moeten houden als iets anders om de aandacht vraagt. Door oefening is het weliswaar mogelijk deze 'aandachtsbundel' te verbreden zodat meerdere aspecten binnen de aandacht vallen, maar vooral als in leerprocessen de aandacht verdeeld moet worden over meerdere zintuigen kan zij 'verstrooid' raken. Je bent dan ook geneigd een bepaald zintuig 'voor te trekken'. Over het algemeen is de westerse wereld, door dit voortrekken, vooral een 'ziende' wereld geworden. Geen zintuig krijgt zoveel aandacht als het oog, tegenwoordig. Dit heeft echter wel gevolgen voor de ontwikkeling van de andere zintuigen, die van het horen bijvoorbeeld.

Het leren lezen en spelen van bladmuziek neemt een belangrijke plaats in binnen het muziekonderwijs in Nederland. Muziek lezen en noteren heeft weliswaar grote waarde (het stelt ons in staat om op een snelle manier van muziekstukken kennis te nemen of ze door te geven) maar het is slechts een notatiemethode, een hulpmiddel, niet de muziek zelf. Het lezen van muziek, wat met het oog gebeurt, krijgt dus veel aandacht. Maar ook als leerlingen muzikaal en technisch groeien blijft het daar vaak bij. Na kennisneming van muziek door middel van notenschrift zou er een moment moeten aanbreken waarop het papier terzijde wordt gelegd (zoals solisten in orkesten doen). Meestal echter durft men niet op het horen te vertrouwen en blijft men lezen, elke keer als het stuk gespeeld wordt. Zo gaat in feite steeds weer de aandacht naar het zien. Het interpreteren van deze muziek of het improviseren erbinnen is voor velen dan ook moeilijk omdat dit niets met zien te maken heeft en alles met horen en voelen.

Inspiratie

Er zijn veel manieren om het horen te trainen. Naast het meer technisch leren horen (van intervallen, meerklanken en ritmes bij solfège, analytisch luisteren) is het voor de ontwikkeling van het horen belangrijk dat muziekstukken op het gehoor worden aangeleerd of uitgezocht. Zeker als het eenvoudige stukken betreft, is notenschrift helemaal niet nodig. Dus: musiceren zonder partituur. Zo wordt het muzikale geheugen gestimuleerd en kan je erop leren vertrouwen dat muziek vanzelf weer in je geest opkomt zodra je met spelen begint. Elke strofe 'triggert' als het ware de volgende. De muziek wordt herinnerd, je hoeft het maar te volgen. Dat geeft zelfvertrouwen.

Verder is leren improviseren als expressiemiddel van groot belang. Improvisatie is het middel waarmee je je innerlijk (je persoonlijkheid en je wezen) kunt uitdrukken aan jezelf en aan de buitenwereld, door middel van geluid, door middel van je stem of je muziekinstrument. Ook het tot uitdrukking brengen van jouw interpretatie van een bestaand muziekstuk is een vorm van improviseren. 
Improvisatie begint bij luisteren met het innerlijk horen. Je wilt iets spelen, dus wil je iets horen; en dus luister je naar wat er 'opkomt', naar wat je innerlijk hoort. Dan bemerk je dat er altijd wel wat (hoe simpel ook) wordt 'ingefluisterd' of 'ingeblazen', letterlijk vertaald: inspiratie. Inspiratie is niet iets ongrijpbaars maar komt vanzelf als je luistert. Dat wat je hoort, hoef je alleen maar te volgen: je speelt wat je hoort. Hierdoor ontstaat vanzelf een eigen muzikaal 'verhaal', een verhaal waarvan je eerder dacht het niet te hebben. 
Zonder dit innerlijk horen kan een improvisatie slechts bestaan uit het reproduceren van eerder opgedane of ingestudeerde melodielijntjes (motorische handigheden, 'licks and tricks'), willekeurig verbonden.
Anderzijds is het hebben van techniek op het instrument wel degelijk belangrijk. Technische bagage stelt je in staat dat wat je innerlijk hoort zonder al te veel verlies te manifesteren en bepaalt het tempo waarmee je dat kunt doen.

Hoofd, Hart en Handen

Inzicht, Gevoel en Motoriek zijn de drie geestelijke instrumenten (centra) waarmee je muziek maakt. Ze werken onafhankelijk samen. Elk deel heeft zijn eigen functie en voert die, als het goed is, naar behoren uit tijdens het musiceren. De kwaliteit van het musiceren vermindert onmiddellijk als de verschillende centra elkanders werk proberen te gaan doen. Inzicht krijgen in de werking van deze centra is dus erg belangrijk. Deze centra zijn goed in staat autonoom te functioneren maar staan - als het goed is - onder toezicht van de Waarnemer in jou.

In het muziekonderwijs (vooral bij kinderen) zou vanaf het begin aandacht besteed moeten worden aan de werking van deze centra, aan hun functie, en aan hun eigenschappen. Niet in theoretische- maar in praktische zin. De centra zijn in iedereen aanwezig en op zich vaak zeer intelligent. Ze werken meestal ‘automatisch’, maar moeten tijdens studie specifiek worden ingezet om het muzikale vermogen op te bouwen. Als het onderlinge niveau van deze drie sturingscentra met elkaar in evenwicht te zijn, kan er evenwichtig en met weinig ‘verlies’ muziek gemaakt worden. 
Dan haal je het optimale rendement uit je talent en vaardigheden.

Enige stellingen

  •   Als een muzikant zijn vaardigheden en expressie werkelijk wil ontwikkelen, zal hij moeten
      beginnen met de ontwikkeling van zijn (innerlijk) horen.

  •   Musiceren wordt pas 'muziek maken' als je bereid bent je ogen dicht te doen.

  •   Luisteren naar anderen tijdens het musiceren kan pas aanvangen als je hebt geleerd naar 
      jezélf te luisteren tijdens het musiceren.

  •   Iemand zal pas werkelijk diepgang kunnen krijgen in het musiceren, als ie zijn/haar eigen 
      wezen leert kennen.

  •   Een goede improvisatie is op z'n minst een nieuwe interpretatie van een eerder gespeeld 
      muzikaal verhaal, en op z'n best een nieuw verhaal uitgevoerd door middel van eerder 
      opgedane techniek.

  •   Techniek is onontbeerlijk om je muzikale 'verhaal' tot uitdrukking te brengen.

  •   Talent is het vermogen nieuwe dingen op te nemen en uit te voeren met een open, 
      experimenterende geest.

  •   Ideeën die het musiceren in de weg staan (zoals 'innerlijk applaus en boe-geroep') maken
      je kleiner dan je bent. Deze ideeën verdwijnen als sneeuw voor de zon zodra je je aandacht
      volledig met je zintuigen verbindt. Richt je aandacht op het luisteren, dan houdt het denken 
      op, en daarmee verdwijnen ook alle onzinnige ideeën.

  •   Een muzikant is er niet alleen ten dienste van de muziek, maar de muziek is er vooral ten 
      dienste van de muzikant.

Meer informatie: lessen

Meer informatie: improvisatie en techniek

Meer informatie: muzikale groei


 
 

 

© Niets van deze website mag worden overgenomen voor welk doel dan ook, zonder toestemming van Ano Kato / Michiel Koperdraat ©.
Voor meer informatie over Ano Kato of voor vragen en opmerkingen over deze website: