Ano Kato in de Lage Landen
Het Griekse lied in het
land van de tulp
©
Door Iraklis Oikonomou
Dit artikel verscheen in het Griekse tijdschrift 'Difono', 2009/11
Vertaling Lemonia
Liberidu
.
Difono is naar Utrecht
gereisd en heeft daar de twee 'zielen'
van de Griekse muziek ontmoet: Michiel Koperdraat en Tim Meeuws. Michiel
staat aan het hoofd van Ano Kato, de bekendste Nederlandse groep die
Griekse muziek maakt. Van Tim, voormalig lid van Ano Kato, is onlangs een
nieuwe cd verschenen, Als een
Vreemde, waarin hij bekende Griekse liedjes in het Nederlands
vertolkt. De moraal hiervan? Griekse muziek doet het goed buiten de
grenzen...
Vertel
ons iets over jullie start.
Hoe hebben jullie de wereld van de Griekse muziek ontdekt?
M.K. Mijn ouders
waren liefhebbers van muziek van onderdrukte volkeren die voor hun
vrijheid vochten. Thuis hadden we muziek uit Latijns Amerika maar ook uit
Griekenland: elpees van Theodorakis, Mauthausen
en Romiosini. Theodorakis was een links fenomeen in Nederland en in de
hele wereld, een vrijheidssymbool, een held. De liederen van Romiosini
waren voor mij indrukwekkend; ik luisterde naar de stem van Bithikotsis en
was zeer ontroerd.
T.M. Liesbeth List,
een bekende Nederlandse zangeres, heeft Theodorakis gezongen en zo heb ik Mauthausen
leren kennen. Ik was echter voornamelijk fan van popmuziek. Ik was dertien
jaar oud toen ik het eerste plaatje van de Beatles in handen kreeg. Jaren
later ben ik met mijn vriendin naar Griekenland geweest, waar we overal
muziek hoorden. Toen ik terugkwam zette de zus van mijn vriendin, die een
tijdje in Athene had gewoond, de plaat Ta
tragoúdia mou (Mijn liedjes) op, een live optreden van Yorgos
Dalaras. Toen ik hem hoorde gebeurde er iets belangrijks met me.
Kunnen
jullie ons vertellen hoe Ano Kato is ontstaan?
M.K. Toen ik voor de
eerste keer Griekenland bezocht, in 1978, wist ik gelijk dat ik van haar
muziek hield. Ik speelde al basgitaar en ik kende de ritmes. Dus kocht ik
een bouzouki en zocht een bouzoukileraar en vond Andonis Moraïtis. Hij
stelde voor samen te spelen met Jur Eilers als trio en zo is trio
Ano Kato ontstaan. Geleidelijk bouwden we een repertoire op, met name Hadzidakis en rebètika. De nummers van Athanasia
(Gia tin Eleni) waren onze lievelingsnummers van Hadzidakis. Andonis
heeft de groep verlaten, daarna speelde ik met Jur voornamelijk instrumentaal,
tot Tim op onze deur klopte.
T.M. We kenden elkaar
al van het theater en ik had toen de hulp van Michiel nodig voor een paar
orkestraties om deel te kunnen nemen aan een songfestival. We hebben drie
liedjes gezongen – Ola kalá ki ola oréa (Alles goed en wel), Anastenazo vyeni fotia (Ik
adem vuur uit) en I Balada ton esthiseon ke ton
paresthiseon (Ballade van Zintuigen en Hallucinaties)
– en we hebben de competitie gewonnen [moet zijn: regionale finale -
MK].
Daarna zetten we een educatief muziekprogramma op. We bezochten scholen,
we speelden vijf tot zes liederen, waaronder Antonis
van Theodorakis in het Nederlands, en we praatten over de componisten, het
ritme en de instrumenten van de Griekse muziek. Uiteindelijk ben ik in
1989 lid van de groep geworden.
Hebben
jullie een voorkeur voor bepaalde muziekinstrumenten?
M.K. Ik
speel
bouzouki omdat ik zijn heroïek en energie altijd al mooi heb gevonden. Ik
ben begonnen met een viersnarige bouzouki, maar geleidelijk aan ben ik
overgegaan op een driesnarige. Ik heb grandioze muzikanten op een
viersnarige zien spelen, maar ook uitvoeringen op een driesnarige bouzouki
gehoord die zuiver 'toeristisch' waren; het hangt van de musicus af.
Ik heb een voorkeur voor de driesnarige, omdat het geluid daarvan
zachter is. Maar van alle instrumenten houd ik nog het meest van de ud,
dat is een ongelofelijk lieflijk instrument.
De ud staat me toe de noten te buigen, een bouzouki daarentegen is
statisch.
T.M. Mijn
lievelingsinstrument is mijn stem geweest. Bouzouki had ik oorspronkelijk
in verband gebracht met iets pittoresks en met een sound die mij niet
raakte. Daarna ben ik natuurlijk van mening veranderd.
Wat
trekt jullie aan in de Griekse muziek?
T.M. Haar dramatiek.
Griekse muziek heeft iets diepzinnigs en krachtigs. In Nederland hebben we
geen stemmen als die van Bithikotsis. We hebben goede stemmen, maar zonder
dramatische kracht. Op het moment dat je een Griekse nummer hoort voel je
dat het uit een rijke traditie voortkomt. Welke muziek werd er begin vorig
eeuw in Nederland gezongen? Dat weten we niet, en wat er van over is
gebleven is volslagen luchtig en enigszins lachwekkend, het roept geen
diepe gevoelens op. Maar in Griekenland, daar ontroeren traditionele en
rebètika-liederen na zoveel jaren nog steeds. Behalve melodieus, is de
Griekse muziek ook ritmisch. Portugese fado’s
hebben bijzondere melodieën, maar het ritme blijft altijd
hetzelfde. Daarentegen zorgt de negenachtste maat voor een bijzonder
ritmisch gevoel. Ik hou erg veel van dansen en de Griekse muziek geeft mij
die mogelijkheid.
M.K. Ik was onder de
indruk toen ik in een live-opname van Dalaras het publiek met één stem Paraponemena Logia (Klagende Woorden) hoorde zingen.
Toen dacht ik: “Het lijkt alsof iederéén kan zingen in Griekenland”.
Kazantzidis was een man van klein postuur, maar zijn stem weerklonk met
zoveel kracht! Voor Dionysiou geldt hetzelfde, zijn stem kwam direct uit zijn borst
met een onvoorstelbare vibratie. Vitali heeft ook een prachtige stem en ik
ben heel blij dat zij recentelijk weer een plaat heeft opgenomen, en ook
dat zij door jullie blad is geïnterviewd.
Hoe
is de ontvangst van Ano Kato door het Nederlandse publiek geweest?
M.K. We hadden en
hebben redelijk succes. De ontvangst was behoorlijk warm, met name door
mensen die Griekenland kennen en van haar houden. We hebben vele concerten
gegeven, zowel voor het Nederlandse publiek als ook voor de Griekse
gemeenschap. Verder hebben we de mogelijkheid gekregen Griekenland als
groep te bezoeken. In 1990 zijn wij erheen gegaan om uitgebreid de Griekse
muziek te bestuderen, en het daarop volgende jaar zijn we naar Corfu
gereisd en daar hadden we een aantal optredens. Onze betrokkenheid
met de rebètika-liederen is vastgelegd in een documentaire van de Turkse
regisseur Rolan Hurioglu voor de Nederlandse publieke omroep, terwijl we
ook in Griekse tv-uitzendingen te gast zijn geweest.
Michiel,
in de laatste opname van Ano Kato zing jij uitsluitend ipirotika (liedjes
uit de Epirus) en nisiotika (muziek van de eilanden). Wat weerspiegelt
zo’n keuze?
M.K. Muziek is voor
mij een middel om me uit te drukken. Ik ben van mening dat een
traditioneel stuk opnieuw geschapen moet worden,
elke keer dat het gespeeld wordt. Wat je van Saleas hoort is niet
algemene traditionele muziek, het is gewoon Saleas. Hetzelfde geldt
voor Napoleon Damos, Manolis Pappos enzovoort. Mijn doel is niet een
exacte reproductie van een traditionele manier van spelen maar het uiten
van gevoelens. Je kunt de traditionele muziek niet in leven houden als je
haar behandelt als een museumstuk.
Als
een vreemde. Tim, waarom heb je voor je nieuwe cd voor deze titel gekozen?
T.M. De titel houdt
verband met het gelijknamige nummer van de cd, dat refereert aan het
overlijden van elf vluchtelingen door een brand op de luchthaven van
Schiphol. Zij zaten daar vast om uitgezet te worden. Ik voel me verbonden
met de zwakken, met de vluchtelingen en het doet me pijn dat er mensen
zijn die sterven in koelwagens en in zee verdrinken in hun poging te
overleven.
Je
hebt absoluut gelijk...
De cd vertoont in ieder geval veel dichterlijke
maar ook orkestrale renovaties.
T.M. We hebben
geprobeerd samen met de arrangeur van het orkest, Bert Heikema, de
bouzouki te vermijden. We hebben de guitarra Portuguesa gebruikt,
contrabas, cello; op die manier hebben de nummers een bijzondere
klankkleur gekregen. Wat de teksten betreft, heb ik geprobeerd de essentie
van de oorspronkelijke teksten weer te geven, maar waar nodig heb ik de
tekst aangepast. De cd is positief onthaald en is al gerecenseerd in
bladen voor etnische muziek in Nederland en het buitenland. Natuurlijk is
het bijzonder moeilijk om zo’n cd te promoten via de media. Maar dankzij
de orkestratie richt de cd zich op de markt van de wereldmuziek.
Daarentegen is de markt voor zuiver Griekse muziek waarschijnlijk te klein
in Nederland.
Kan
(universele) wereldmuziek volgens jullie bestaan?
T.M. Het is mogelijk
de muzikale grenzen te overschrijden en een gezamenlijke muzikale taal te
spreken. Er is in de muziek altijd al sprake geweest van vermenging. Maar
tot kortgeleden bestond er in Nederland geen connectie tussen wereldmuziek
en Griekse muziek, omdat het stereotype van Zorba de overhand had. Dit
begint echter te veranderen.
M.K. De Griekse
muziek zelf is een mix van verschillende muzikale tradities: byzantijns,
Klein- Aziatisch, volks, Arabisch. In deze mix coëxisteren de makam
en de pentatonische toonladders van de Epirotische muziek. De toonladders
vertonen grote overeenkomsten in verschillende muzikale tradities, maar er
zijn belangrijke verschillen in het ritme. Niet alle volkeren kunnen
bijvoorbeeld een karsilamás
spelen.
Welke
personen waren jullie voorbeelden?
Hebben jullie een van hen van dichtbij leren kennen?
T.M. Dalaras en
Alexiou in het moderne lied; Tsitsanis in het rebètiko. In de persoon van
Tsitsanis had Griekenland haar eigen Bob Dylan gevonden, ruim voordat deze
laatste bestond. Ik vind Babis Golès heel mooi. Van nabij heb ik Mitsakis
en Jenitsaris leren kennen. Verder heb ik het geluk gehad Manos Hadzidakis
de hand te mogen schudden.
M.K. In het begin was
het Dalaras, Theodorakis, Tsitsanis, en de twee unieke stemmen,
Bithikotsis en Kazantzidis. Later heb ik mijn held Kostas Tzimas, zanger
van Epirotische liederen leren kennen, en Napoleon Damos, de beste
klarinettist van de Epirus. Op Kreta heb ik Yorgos Xylouris en Achilleas
Persidis ontmoet, en Ross Daly, een lichtend voorbeeld
voor mij.
Tot
slot, wat zouden jullie graag aan de lezers van Difono willen vertellen?
T.M. Dat de Griekse
muziek mij meer emoties heeft geschonken dan de rest van mijn hele leven
in het theater en elders. Dankzij deze muziek heb ik prachtige verhalen en
ervaringen opgedaan.
M.K. De Griekse
muziek is voor mij de allermooiste muziek ter wereld. Nederlanders
houden er ook veel van. De boodschap die ik graag wil uitdragen is: een
terugkeer naar de roots. Dat de Griekse muziek niet als coca-cola
wordt. Hou de traditie in leven, gebruik haar als basis om iets nieuws op
te bouwen. Muziek verdwijnt als we haar volproppen met drumcomputers en
synthesizers.
.
|